Afrikaantjes…. Wie heeft ze nog?

De liefde voor – Alles Wat Bloeit – komt bij mij denk ik vooral door de heerlijke zomerse herinneringen aan de groentetuin van mijn opa en oma. Ze woonden in een gewone volksbuurt waarbij een strakke ligusterheg de voortuin begrensde en links naast het pad stonden drie grote hortensia’s. Eentje zacht rose, bijna wit, eentje fel roze en eentje diep blauw. Achter het huis een pleintje van stoeptegels van, ik gok, zo’n 15m2 begrenst met een laag metalen hek waardoorheen vanaf juni de siererwten bloeide..

 

En in het midden een poort naar het zandpad die als een strakke middenas, iets bol voor de afwatering, helemaal door naar het einde van de groentetuin liep. Een pad die achter de bonenstaken rechts en de boerenkool links doodliep in een rommelige bramenstruiken heg met daaronder her en der bergjes snoeiafval en eigenwijs opgekomen groenten, die na het ruimen daar waren neergegooid.

 

Tussen zijn “land” en dat van de buren waren nog geen hoge schuttingen of hagen waardoor buren elkaars groentetuin goed in de gaten konden houden… Soms werd er door meerdere buren samen een aanhangwagen vol koemest besteld waar iedereen dan een deel van zijn eigen tuin in kruidde. Het was in de tijd dat de zomers nog loom en lang waren. Alles leek trouwens ook bijna altijd precies volgens de geplande groei en bloei kalender rijp te zijn. Boontjes van eigen land… een zomer lang aardbeien… de eerste nieuwe oogst aardappelen en zodra het gevroren had de mooiste boerenkool. Alles leek ook altijd te lukken in mijn herinnering.

 

Een zalige plek die groentetuin, maar wat vooral indruk op mij heeft gemaakt was de geur van de Afrikaantjes! Op verschillende plekken midden tussen de groenten stonden hele randen vol met goudgele Afrikaantjes en ik vond ze zalig ruiken… nog steeds! Mijn opa kweekte ze zelf en dat scheen vrij simpel te zijn, maar hij vertelde me ook dat die Afrikaantjes er niet voor de sier stonden maar tegen “ongedierte”! Nou heb ik daar toen verder nooit meer bij stil gestaan maar afgelopen zomer zag ik opeens een, voor mij, grote Afrikanen soort hier in Noordwijk langs de randen van een gewas staan achter de duinen. De geur bracht me weer even terug in de groentetuin van mijn opa. En ik dacht: “Wacht eens, zouden die Afrikaantjes hier groeien met de zelfde reden als dat mijn opa mij al in de jaren ‘70 heeft proberen uit te leggen? Dit voorjaar ga ik maar weer eens Afrikaantjes zaaien… prachtig! Ik ben heel erg benieuwd wie er nog meer stiekem fan is van het Afrikaantje?

De Begonia’s van Aartje
Plattegrond Rick’s Moestuin Aan Zee
Rick’s Moestuin aan Zee
De Hyacinthorchis